De drie grootste fouten rondom beleidsplannen

De drie grootste fouten rondom beleidsplannen

Je herkent het vast wel: er wordt weer veel tijd en energie gestoken in het opstellen van een (nieuw) beleidsplan. Gedegen onderzoek, analyses, doorrekenen van de financiën etc. Met als resultaat een dik rapport. Punt.

Want hoe vaak blijft het niet hangen bij dat rapport? 70% van alle gestelde doelen wordt niet gehaald. En dat geldt zeker ook voor beleidsdoelen. Helaas.

Je gaat sowieso veel meer bereiken als je bij het opstellen van beleidsplannen deze drie meest gemaakte fouten vermijdt.

Fout 1. De vorm.

Een beleidsplan wordt geschreven. Dat lijkt een vaststaand feit, een wetmatigheid. Maar het is juist die vorm die er voor een groot deel debet aan is dat het zo slecht tot uitvoering komt. Want maar liefst 80% van alle mensen leest liever niet maar krijgt informatie veel liever op een andere manier tot zich. In beeld, in film, in een verhaal.

Als je je inhoudelijke boodschap écht goed wilt overbrengen maak er dan een filmpje van. Of helemaal out of the box: een voorstelling. Zorg ervoor dat de beslisser én degene die het moeten uitvoeren gaan vóelen wat je bedoelt, wat je wilt bereiken. Want zodra ze het voelen raken ze intrinsiek gemotiveerd.

En zeg nou zelf, wanneer zat jij voor het laatst te stuiteren van enthousiasme toen je een traditioneel beleidsplan aan het lezen was?

Fout 2. Het perspectief.

We schrijven beleidsplannen eigenlijk altijd vanuit een probleemoplossende houding. De jeugdzorg kost te veel geld. Dit probleem moeten we oplossen. De jeugd wordt te dik. Dit probleem moeten we oplossen. Hoewel dit natuurlijk volkomen logisch lijkt en klinkt (en misschien ook wel is), leidt het er wel toe dat we gemakkelijk binnen dat perspectief van het probleem blijven ronddraaien. Vaak ook eenzijdig / beperkt gericht op dat éne onderwerp waar het beleid betrekking op heeft. Opnieuw: logisch maar niet effectief.

Probleemoplossend legt de focus op het verleden en op wat er mis ging. Wat is er gebeurd? Hoe is het ontstaan? Wat liep er fout? En binnen de politiek natuurlijk: wie is er verantwoordelijk? We blijven dan snel vastzitten in “hoe het nu is”, in bestaande structuren. Binnen de regels zoals die nu gelden.

Maar wat nu als we beleidsontwikkeling oplossingsgericht en integraal benaderen? Oplossingsgericht wil zeggen met de focus op de toekomst en op oplossingen. Wat willen we wél? Wat kan daaraan bijdragen? Wat weten we dat werkt? Wat doen we dan anders? Wat is een eerste stap in de goede richting? Dan ontstaat inzicht in waar structuren ons juist in de weg zitten. En kan de vraag oppoppen: wat nu als we vanuit een blanco situatie zouden starten? Hoe zouden we het dan opbouwen? En wat zou ons dat opleveren?

Kun je al zien dat dit een heel andere dynamiek geeft? Een heel ander gevoel?

En voeg daar dan nog de integrale component aan toe. Waarmee ik vooral bedoel: de overkoepelende visie van de gemeente/dienst/provincie. Waarbij je uiteindelijk altijd op de vraag uitkomt: welke meerwaarde willen wij leveren aan de samenleving? Hoe willen wij (met dit beleid) de samenleving mooier, beter, fijner maken? En welke oplossing draagt hier het beste aan bij? (Mocht je nu nog twijfelen: méér administratie is nooit het goede antwoord!)

Fout 3. Het vervolg.

Het gebeurt nog veel te vaak dat een vastgestelde beleidsnota in het archief verdwijnt. In een (digitale) lade. Ergens. De actie “nieuw beleidsplan vast laten stellen” kan, terecht, worden afgevinkt en de wereld draait vervolgens verder alsof er nooit iets is gebeurd. En over vier jaar staat er een nieuw beleidsplan op de agenda.

Een beleidsplan vaststellen is niet het eindpunt. Het moet het begin zijn. Het begin van andere acties. Van anders kijken, anders denken, anders doen. Alleen dán zal het plan ook daadwerkelijke impact hebben. Een beleidsplan moet de beleidsuitvoerders dan ook inspireren om die acties te wíllen uitvoeren. En hier komt de vorm dus terug. Presenteer dat filmpje of organiseer die voorstelling. Neem vooral de uitvoerders mee in de wensen, de dromen, de idealen.

Een beleidsplan is ook niet iets statisch. Niet een eenmalige actie. Het is een continu proces. Want niemand (maar dan ook echt niemand) kan vier jaar vooruit kijken en exact voorspellen hoe het zal lopen. Beleidsontwikkeling is dan ook een continu proces van uitvoering, monitoring, bijsturing.

En we weten allemaal dat je dat niet vanuit het archief doet. Toch?!

Wil jij vanuit een compleet ander perspectief en op een andere manier beleid maken? Wil jij nu eens echt resultaten gaanhalen? Neem dan contact op en wij kijken naar de mogelijkheden om jouw daarbij te helpen.

Met veel passie coach ik leiders binnen de overheid. Ik stond zelf 20 jaar met m’n voeten in de klei en lag regelmatig met m’n neus in de modder. Ik was afdelingshoofd en gemeentesecretaris. Ik leerde wat niet werkt door te vallen, stond op en ging op zoek naar wat wél werkt. Wil jij beter worden in je leiderschap zonder de fouten te maken die ik maakte? Neem gerust vrijblijvend contact op om samen de mogelijkheden te onderzoeken.

jeanette van rookhuizen

Over Jeanette van Rookhuizen

Intussen meer dan 30 jaar werkzaam in en voor de (lokale) overheid. Begonnen op de onderste trede van de ladder (letterlijk: schaal 0 zonder periodieken). Binnen 10 jaar afdelingshoofd, 5 jaar later gemeentesecretaris. Klinkt misschien als een traditionele ambtenaren carrière, maar ik kan je verzekeren: dat is het niet!

Scroll naar boven